Hoofdstuk 1
Hoi, zal ik me even voorstellen? Ik ben Laura Maarrens en nu 15 jaar. Ik woon in Bridgeport. Ik zal je in dit eerste hoofdstuk vertellen over mijn moeder, oma en over mijn kindertijd.
Dit zijn mijn ouders, mijn moeder was super blij met het feit dat ze zwanger was, maar toen ze het mijn vader vertelde was die heel wat minder blij, "Wat?! dat meen je niet?! Weet je niet hoe erg dat is?"
Mijn moeder zei niets, maar mijn vader had zijn woordje alweer klaar: "weet je wat ik doe? Ik ga weg, met een kind heb je geen toekomst! Ik heb er geen zin in, doei."
Hij ging er van door, mijn moeder had geen idee waarheen, ze was helemaal overstuur en ging naar mijn oma!
Mijn moeder werd opgevangen door mijn oma, ze bleef daar tot de kleine er was, ik dus. Met mijn moeder kon ze goed praten en zij begreep haar tenminste.
Toen was het zover, de bevalling was aangebroken, mijn moeder belde mijn oma; "mam, het is zover, kom alsjeblieft hier heen, help!"
"Rustig schat, ik kom eraan, ik ben er in 5 minuutjes, niet in paniek raken!"
"Wil je hier bevallen of in het ziekenhuis", zei mijn oma. Ze legde haar hand op mijn moeders schouder om haar gerust te stellen. "Liever hier..." zei mijn moeder zachtjes, ik denk dat ze er tegenop zag, misschien schaamde ze zich, misschien dacht ze over iets heel anders na, ik weet het niet...
De bevalling was zwaar voor haar, lichamelijk maar ook mentaal. Ze moest telkens weer denken aan het moment dat mijn vader bij haar weg ging. Het kwam door mij, het kind, dat mijn vader haar verlaten had. Ze wist het niet meer. Maar ze moest doorgaan. Na een paar zware uren was ik daar...
Dit ben ik nou, Laura Maarrens, mijn moeder hield me voor de eerste keer in haar armen en huilde. Ik was de onruststoker, ik had mijn vader 'weggejaagd', het was mijn schuld.
--- Een week later ---
Maar mijn moeder kon het niet, ze wilde niet. "Mam", zei ze met een trilling in haar stem. "Ik weet het niet meer, ik ben niet goed genoeg voor een kind, ik kan niet terug naar huis en heb besloten naar het buitenland te gaan voor werk. Ik kan Laura niet meenemen." Ze probeerde haar tranen te bedwingen.
Mijn oma wist niet wat ze moest zeggen, wat was dit?!
Mijn moeder rende weg, voor oma nog iets kon zeggen. Ze heeft me zo achter gelaten, dat neem ik haar nog steeds kwalijk.
Mijn oma voedde mij op, ze deed zoveel voor me! Ze verzorgde me als haar eigen kind, daar ben ik haar zeer dankbaar voor.
Ze was er altijd voor me, ook nu, nu ik een puber ben kan ik goed met haar praten.
Dit was mijn geschiedenis, in hoofdstuk 2 begint mijn verhaal...